Kamerbrief: Reactie op enkele toezeggingen met betrekking tot vreemdelingenbewaring

Kamerbrief: Reactie op enkele toezeggingen met betrekking tot vreemdelingenbewaring

Op 11 januari is een kamerbrief verschenen van Ankie Broekers-Knol, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, over de juridische mogelijkheden van vreemdelingenbewaring en terugkeer. Dit naar aanleiding van verschillende vragen vanuit de Tweede Kamer gesteld op verschillende momenten, onder andere tijdens het algemeen overleg van 24 september 2020 en het notaoverleg van 3 juni 2020. 

Broekers-Knol gaat in op de juridische ruimte om vaker gebruik te maken van de mogelijkheden tot vreemdelingenbewaring. Het ministerie heeft ambtelijke gesprekken gevoerd met de Europese Commissie over het eerder in detentie plaatsen van mensen: in een vroeger stadium van de asielprocedure of kort voor vertrek. Hieruit werd geconcludeerd dat hier enige juridische ruimte voor bestaat. De staatssecretaris gaat zich de komende tijd verder verdiepen in deze mogelijkheden. Hierbij stelt zij wel dat er rekeningen gehouden moet worden met het feit dat er vanwege de beperkingen door COVID-19 minder vluchten plaatsvinden waardoor er ook minder terugkeermogelijkheden zijn.

Vervolgens bespreekt Broekers-Knol de samenhang tussen een inreisverbod en een asielaanvraag. Zij bevestigt hier dat een inreisverbod niet in de weg staat bij het doen van een herhaalde asielaanvraag. Het kunnen aanvragen van asiel is een fundamenteel recht en bovendien kan de veiligheidssituatie in het herkomstland of de individuele situatie veranderd zijn. Wel stelt ze dat onder bepaalde omstandigheden de uitkomst van een herhaalde aanvraag niet in Nederland mag worden afgewacht, maar of de betreffende persoon een inreisverbod heeft is hierbij niet relevant.