Meneer B. is op 30 juni met spoed naar het ziekenhuis gebracht vanwege een open botbreuk aan zijn hand. Tijdens het vervoer naar en het bezoek aan het ziekenhuis moest meneer handboeien dragen. Meneer B. is hierdoor erg aangeslagen en voelt zich inhumaan bejegend. Hij heeft na het bezoek aan het ziekenhuis gelijk contact opgenomen met het Meldpunt Vreemdelingendetentie, waarna wij een klacht tegen het geboeid vervoer voor hem hebben ingediend.
Meneer B. liep zijn verwonding op doordat zijn hand tussen de deurpost en een zware celdeur klem kwam. Na de verwonding van meneer B. te hebben gezien, besliste de arts van Detentiecentrum Rotterdam dat hij direct voor een operatie naar het ziekenhuis moest worden gebracht. Meneer B. leed fysieke pijn en beschouwde de operatie in het ziekenhuis zelf ook als prioriteit. Toch hebben bewakers voor het vervoer, onder druk van hun teamleider de wachtcommandant, handboeien om zijn zwaargewonde hand gedaan. De wachtcommandant gaf aan dat meneer geen keuze had, omdat geboeid vervoer ‘standaard’ is. Ook in het ziekenhuis bleven de handboeien bij meneer B. om, zijn handboeien werden pas in de operatiekamer afgedaan.
Op de terugweg werd meneer B. zonder handboeien om vervoerd, hem werd echter nadrukkelijk gevraagd om over deze ‘uitzondering’ niks te zeggen. De bewaker gaf aan dat hij bang was om hiervoor te worden ontslagen, aldus meneer B.
Er moet altijd een individuele afweging gemaakt worden of geboeid vervoer noodzakelijk is of niet. In geen geval kan het dus worden toegepast als ‘standaard procedure’, zoals de wachtcommandant heeft aangegeven. In het geval van meneer B. is geboeid vervoer niet-noodzakelijk geweest. Sterker nog, het dragen van handboeien in een op dat moment zeer gevoelige zone, namelijk rond de pijnlijke hand, was niet alleen ‘niet-noodzakelijk’ het was ook sterk onwenselijk voor meneer B.