Er zijn ook uitspraken geweest in drie zaken over mensen in vreemdelingendetentie waarvan de overheid denkt te weten dat ze Algerijnse nationaliteit hebben. De rechtbank in Roermond ziet verschillen maar ook overeenkomsten met de situatie van de Marokkanen uit bovengenoemde uitspraak. De diplomatieke betrekkingen met de Algerijnse autoriteiten zijn namelijk goed, dus Algerije is meer dan Marokko bereid vervangende reisdocumenten (laissez-passer) te geven. Alleen zijn er sinds maart 2020 niet meer dergelijke reisdocumenten afgegeven, als gevolg van de coronapandemie. Daardoor is uitzetting binnen redelijke termijn net zo goed onmogelijk en wordt niet meer voldaan aan de wettelijke grond die nodig is om iemand in vreemdelingendetentie te zetten. Het zijn drie heel vergelijkbare uitspraken van drie verschillende rechters (in Roermond, Arnhem en Den Bosch), wij verwachten daarom dat dit zal gelden voor alle personen met Algerijnse achtergrond.
Wij benadrukken nog maar eens dat mensen worden vastgezet in een detentiecentrum dat in alles op een reguliere gevangenis lijkt. En dit niet omdat ze ergens voor gestraft worden. In coronatijd is het verblijf daar extra zwaar, omdat mensen grote delen van de dag niet van hun cel mogen, waar ze met zijn tweeën de dag doorbrengen op tien vierkante meter. Bovendien blijkt uit het recente advies van de Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken dat, als het binnen twee maanden niet lukt om iemand uit te zetten, het daarna ook niet gaat lukken. Vreemdelingendetentie is mensonwaardig, en dat valt extra op bij de groepen die lang en zinloos vastzitten. We zijn blij dat dit inzicht nu in deze rechtszaken wordt bevestigd!